Wanneer dacht je: “nu ben ik het zat” in Nederland?
‘In Nederland werkte ik op het hoofdkantoor van de Rabobank in Utrecht. Ik maakte lange dagen met werken en reisde per dag zeker 4, of soms 5 uur om vervolgens 8 uur te werken. Ik zorgde daarnaast voor mijn ouders en was daar elke zaterdag mee bezig. Zondag lag ik dan voor apegapen, om op maandag weer opnieuw te beginnen. Ik miste niets, maar achteraf besefte ik me dat het me opbrak. Nadat ik in 2010 vrijwilligerswerk deed op een lokale basisschool in Costa Rica, merkte ik dat het klimaat me daar aansprak. Daar kwam het idee om te verhuizen naar het buitenland vandaan en ik voelde me daar enorm thuis.’Van Costa Rica naar Dominica; hoe dat zo?
‘Na Costa Rica werd ik via een Spaanstalige datingsite benaderd door een man uit Dominica. Ik was niet geïnteresseerd en was happy single. Toch raakten we uiteindelijk aan de praat. Na 2 maanden online contact te hebben gehad trok ik de stoute schoenen aan: op naar Dominica. Niet iedereen in mijn omgeving was enthousiast; zoiets klinkt natuurlijk eng en gevaarlijk, maar ik ben toch gegaan. Daar aangekomen dacht ik: “JA! Dit is het!” Ik kreeg onmiddellijk hetzelfde fijne gevoel als in Costa Rica. Zo ontstond er een long-distance relatie en pendelden we heen en weer.’Heb je toen het geluk gevonden?
‘Ja, en dat bleef niet onopgemerkt: ook mijn leidinggevende op kantoor zei; “Marieke, je bent elke keer zo gelukkig als je daar vandaan komt, heb je er wel eens over nagedacht om daar te gaan wonen?”. Ik had al met de gedachte gespeeld, maar emigreren is natuurlijk niet niks. Ook omdat mijn ouders al in de tachtig waren aarzelde ik. Uiteindelijk nam ik toch de stap. Niet iedereen in mijn omgeving begreep mijn besluit op dat moment. Maar, als ik iets wil, dan ga ik ervoor. Dus: huis verkocht, mijn ouders, familie en vrienden verteld dat ik ging emigreren en gelukkig steunden zij me wel.’
Binnenland Domenica
Op naar Dominica!
‘Helaas werd ik vervolgens alles behalve hartelijk ontvangen in Dominica. Mijn vriend bleek naast mij meerdere vriendinnen te hebben. Na drie weken dacht ik: dit trek ik niet en verhuisde ik naar een Airbnb ergens in the middle of nowhere op een berg. Ook dat kwam ook met haken en ogen: ik zat daar alleen, 2 weken voor kerst, het was slecht weer, in een huis met ratten, kikkers, termieten en vogels als huisgenoten.’Uiteindelijk heb je toch de moed gehad om door te gaan.
‘Ik vond uiteindelijk een fijne woning en ben vrijwilligerswerk gaan doen, ook om mensen te ontmoeten. Zo ben ik uit mijn comfort zone gestapt. Helaas overleden in 2017 mijn beide ouders, 3 maanden na elkaar en dat ook nog midden in het orkaanseizoen. Ik kon toen daardoor niet direct van het eiland af, maar gelukkig heb ik het toch gered om 24 uur voor de begrafenis van mijn moeder weer in Nederland te zijn.’Wat verschrikkelijk. Ik kan me voorstellen dat je uiteindelijk graag weer terug wilde naar Dominica.
‘Ja, alleen ook dat ging niet zo gemakkelijk: orkaan Maria had intussen 95% van alle gebouwen verwoest op Dominica. Geen boom had nog een blad, als die boom het überhaupt had overleefd. Ik kon niet terug, maar in Nederland had ik ook niets: geen baan, geen huis, geen auto. Van vrienden op Dominica hoorde ik per sms: “Je kunt niet terugkomen, het is hier verschrikkelijk”. In Nederland kreeg ik last van survivor’s-guilt en daarom besloot ik geld in te zamelen.’Het jaar 2017 klinkt als een zwarte bladzijde.
‘Het was echt een vreselijk jaar, maar het had wel een gouden randje: in dt jaar is mijn stichting The Breadfruit House Dominica ontstaan: een stichting die kinderen de mogelijkheid biedt zich te uiten zonder woorden, door middel van creativiteit, en door hen te laten weten dat zij gezien en gehoord worden. In slechts 3 dagen richtte ik de stichting op. Mensen doneerden geld en in december kon ik weer terug. Daar zag ik met eigen ogen pas wat de orkaan had aangericht: ik reed met tranen in mijn ogen terug naar mijn huis, om daar 2 jurken en een paar schoenen aan te treffen. Alles was verwoest. In de tijd die erop volgde werkte ik samen met UNICEF. Zij hebben een programma, het ‘Return to Happiness’-project. Dit project is gefocust op kinderen en zij zetten kindvriendelijke plekken op in dorpjes waar kinderen veilig zijn en door middel van creativiteit hun emoties kunnen uiten. Na een natuurramp is het heel moeilijk om te vertellen wat er als kind door je heen gaat. Maar, UNICEF vertrekt weer als de noodtoestand voorbij is. Ik dacht: hoe fijn zou het zijn als zoiets permanent bestond?’Wat een mooi idee. Kinderen hulp bieden is dus echt jouw passie?
‘Ja, het grootste doel van de stichting is om kinderen de mogelijkheid te geven zich te uiten zonder woorden, maar vooral om gezien en gehoord te worden. Heel veel kinderen kennen dit niet. Ik heb schrijnende verhalen gehoord waar je hart van huilt, over misbruik of kinderen die volledig aan hun lot worden overgelaten. Dit werk is mijn purpose; ik word hier zo blij van. Ook al heb ik geen achtergrond in psychologie of art therapy: ik heb wel een groot hart. En ik merk dat dat voor kinderen werkt. Zelf heb ik ook in een relatie gezeten waar ik misbruikt ben en creativiteit was mijn redding, waardoor dik weet dat dit bij anderen ook zou kunnen helpen.’Hoe zien jouw leven eruit op Dominica?
‘Ik werkte de afgelopen 3 jaar als officemanager voor een bedrijf dat bruggen bouwt. Daarnaast help ik iemand uit Zwitserland die hier probeert een bosbouwbedrijf op te zetten met administratieve taken. Ook doe ik af en toe een betaalde klus en schrijf ik twee blogs: één voor de stichting en een persoonlijk blog. Zo geef ik mensen een kijkje in mijn leven op Dominica. Schrijven vind ik leuk. Daarom ben ik ook begonnen met het schrijven van een boek, mijn levensverhaal. Niet om het maar de wereld in te slingeren, maar met het idee om andere vrouwen te inspireren om stappen te nemen naar een leven waar je gelukkig van wordt. Dat is niet voor iedereen emigreren naar de andere kant van de oceaan: je kunt ook genoeg kleine dingen doen die je gelukkig maken.’
Little Ms. Abigail